De tien woorden in dit verhaal zijn:
nacht, rad, vies, strips, letter, knutselen, dobbelen, envelop, mat en wijn

Verhaal:

Het is woensdagmiddag. Jan, Joris en Jip vinden het heerlijk dat ze vanmiddag vrij zijn. Ze spelen vaak samen buiten. Dat kunnen ze nu ook doen, maar dan worden ze behoorlijk nat. Jullie weten nu ook wat voor weer het is!

Maar ze hebben al een plannetje bedacht. Ze gaan knutselen bij Joris thuis. Joris heeft op zolder een speelkamer. Er staat een grote tafel waaraan je staand kunt werken. Op de grond ligt een mat om liggend of zittend iets te doen. Het is een gezellige ruimte. Vandaag gaan ze knutselen aan iets ronds. Joris zijn vader heeft van een oud fietswiel een opstaand rad gemaakt. Je kunt het laten draaien. Aan de rand heeft pa 26 hard plastic plaatjes bevestigd. Daar gaan de jongens de letters op plakken van A tot Z. Dat is dus het alfabet!

De moeder van Joris heeft een paar kaarten gekocht waarop die letters in mooie kleuren staan. Het werkje dat de jongens gaan doen is niet eenvoudig. Heel voorzichtig moeten die plaatjes eraf gehaald worden. Je weet al waar die opgeplakt moeten worden.

De knullen lopen snel naar Joris zijn mama. Zij staat bij de voordeur. Ze heeft net de hal gedweild. Ze zegt dat je jongens hun schoenen, die erg smerig zijn, moeten afvegen aan de nog natte dweil. Ze eten eerst een soepje en broodje, een bakje yoghurt en wat fruit aan de keukentafel. Als ze lekker gegeten en gedronken hebben gaan ze naar boven! Ze klimmen de trap op, of beter gezegd, twee trappen, want ze moeten naar de ……..

Ma loopt achter hen aan. In haar hand heeft ze een grote envelop waarin de kaarten zitten. Boven gekomen geeft ze het geval aan Joris en doet twee grote lampen aan. Er zijn geen ramen op de zolder. Alleen een piepklein uitzetraampje voor wat frisse lucht. In de nacht is het er pikdonker!

‘Ik ben benieuwd wat jullie ervan maken’ zegt ma. ‘Succes. Oh, nu ik hier toch ben, neem ik meteen twee flessen wijn mee naar beneden.’ Zo gezegd, zo gedaan! De jongens beginnen meteen. Er sneuvelen een paar letters, want bij al dat gepeuter scheurt er wel eens een plakkertje. Gelukkig heeft ma daar rekening mee gehouden. Eindelijk heeft het alfabet een plaatsje gekregen.

‘Weet je wat we ook nog een keertje kunnen doen? Dan plakken we cijfers aan de andere kant. Van 0 tot en met 25. Of ………, dat zien we dan wel! We kunnen er vast wel leuke spelletjes mee doen. Ik dacht net aan dobbelen!’ ‘Wat zullen we nu nog doen? ‘, vraagt Joris. ‘Even sjoelen’, roepen zijn vrienden. Voorzichtig leggen ze het gevaarte op de tafel. Ze spelen nog een poosje.

‘Jullie moeten nu naar huis jongens’, roept ma. ‘Jullie moeders zijn thuis’.

‘Is mijn blad met strips er al? ’t Is woensdag!’ vraagt Joris. ‘Die ligt al op je te wachten. Geniet er maar van.’ De vrienden vertrekken en Joris gaat kijken wat er allemaal in het blad getekend staat. Hij vindt het weer super!