De tien woorden in dit verhaal zijn:
stoppen, kapot, bouwen, boven, zandbak, weinig, dun, leeg, bol en stip
Verhaal:
‘Pa, ik wil zo graag in de zandbak spelen’, zegt Tjeerd. ‘Hoe kom je daar zo ineens bij? Ben je daar onderhand niet een beetje te groot voor?’ ‘Te groot? Nee hoor! Ik zag op de TV, dat stoere mannen en vrouwen mooie beelden maakten van zand. Ik wil dat ook proberen. Maar er zit vééél te weinig zand in de bak. En er zit zoveel troep tussen. Krijg ik nieuw zand?’ ‘Alleen van zand kun je die bouwwerken niet maken. Er moet ander spul bij, anders stort alles zo in elkaar. Heb je niet liever wat klei? Dat is beter voor jou. Die bouwwerken van zand maak je later maar!’
‘Wat zeg je van klei? Er zal wel wat gereedschap bij moeten. Boven op zolder ligt daarvan nog wel het een en ander. Een aantal jaren geleden is je moeder ook wel eens bezig geweest om met klei iets te maken. Het lukte haar niet, tenminste niet zoals zij wilde. Dat was de reden om er mee te stoppen. Zij is toen gaan schilderen Je weet dat ze dat nu goed kan. Er hangen veel mooie schilderijen in huis en op andere plaatsen’.
’Ik wil wel met een beetje klei beginnen. Pa het lijkt mij leuk om iets te bouwen. Eerst maar eens iets kleins. Bertus, een jongen uit mijn klas, zijn vader maakt ook mooie beelden van klei. Misschien wil die me wel vertellen hoe ik het beste kan beginnen’, grinnikt Tjeerd. ‘Misschien wel met een bol klei’. ‘Vraag dan meteen waar we die klei het beste kunnen kopen’.
‘Ik ga dan in het weekend maar eens beginnen om die bak met het vuile zand leeg te maken. Ik was dat steeds al van plan, maar je ziet: Van uitstel komt afstel. Snap je dat?’. ‘Ja, ik weet wat je bedoelt! Ik ga dus zo gauw mogelijk naar de vader van Bertus om te vragen wat ik moet doen’. ‘Weet je wat wij samen kunnen doen? Als het zand uit de bak is, maken we hem niet kapot, maar maken er een mooie bloembak van. Ik denk dat mama daar blij mee zal zijn. Wij weten welke planten zij mooi vindt! We gaan nu kijken of mama met het eten klaar is!’.
Terwijl ze naar de achterdeur lopen, kijkt Tjeerd naar de lucht. Hij hoort wat, maar ziet niets. Tenminste niet direct. ‘Pa kijk daar eens. Een kleine stip in de lucht. Het lijkt of die stip beweegt’. In de blauwe lucht verschijnt een dun wit streepje. ‘Driemaal raden wat dat is’, zegt pa. ‘Eén keer is genoeg. Het is een vliegtuig’, is het antwoord.
Ma is klaar met het koken, dus….. kunnen ze lekker smullen!
