De tien woorden in dit verhaal zijn:
dobbelsteen, radio, struik, fiets, afstandsbediening, plakband, schoenen, verteltafel, pop en fruit

Verhaal:

‘Ruben zet je radio eens een beetje zachter. De hele buurt hoeft niet mee te genieten met muziek die jij mooi vindt!’

‘Oh ja ik heb nog wat fruit nodig. Kun jij dat even voor me halen bij dat groentezaakje hier vlakbij?’ ‘Dat zal ik wel even doen. Misschien hebben ze daar ook wel plakband, dat heb ik nodig. Ik heb wel eens gezien, dat ze ook een kastje hebben met allerlei spulletjes: pennen, linialen, lucifers, potloden. Misschien hebben ze daar ook wel plakspul’.

Ruben trekt vlug zijn schoenen aan. ‘Welk fruit wil mam hebben?’ ‘4 Bananen en 6 mandarijntjes. Hier is een tas en geld’. ‘De tas heb ik niet nodig. Ik doe alles wel in mijn fietsmand’.

Hij loopt naar het schuurtje om zijn fiets te pakken. Het is maar een klein gevalletje. Als hij erop wil stappen, hoort hij ma roepen: ‘Ruben waar heb je de afstandsbediening van de TV neergelegd? Niet op zijn plaats in ieder geval!’ ‘Oh, even nadenken! Ik weet het al weer. Op het kastje in de hal’. ‘Ik heb hem!’

Hij rijdt de straat uit en gaat rechtsaf. Aan het eind van de ingeslagen weg is de groentewinkel. Hij rijdt voorbij de school. Er naast is een klein parkje. Hij schrikt. Vanuit het parkje komt een bal en die raakt de zijkant van zijn been. Er komt een meisje aanrennen. Ze komt achter een struik vandaan. Ze kijkt geschrokken. Ruben kent haar. Hij stapt vlug af. ‘Niks ergs’, zegt hij. ‘Hoi Ruben, ik had voorzichtiger moeten zijn! Zeg, is dat jouw school daar verderop? Ik wil er wel even kijken. Ik vond het leuk wat je gisteren vertelde over….. Hoe noemde jij dat ook al weer. Oh ja, de verteltafel. Kunnen we jouw klas zien? Ik wil wel eens zien, hoe die tafel eruit ziet’. Door het grote raam kunnen ze naar binnen koekeloeren. Er ligt niets op de tafel in de hoek van de klas.

‘Ik zei gisteren, dat iedereen in de klas daar een ding op mag leggen. Je mag er dan een verhaaltje over vertellen’. Op de stoel naast de tafel zit een pop. Een meisje heeft die zeker vergeten mee te nemen!

‘Kijk, daar onder de tafel ligt een dobbelsteen. Die is er afgevallen’, roept Ruben. ‘Ik kan wel wat vertellen over dat blokje onder de tafel’, zegt Liesje lachend. ‘Dat doe je later dan maar een keer. Ik ga nu eerst naar de groenteman om een boodschap te doen voor mijn mama. Doei!’